Miguel Hernández
Canción última
Pintada, no vacía:
pintada está mi casa
del color de las grandes
pasiones y desgracias.
Regresará del llanto
adonde fue llevada
con su desierta mesa,
con su ruinosa cama.
Florecerán los besos
sobre las almohadas.
Y en torno de los cuerpos
elevará la sábana
su intensa enredadera
nocturna, perfumada.
El odio se amortigua
detrás de la ventana.
Será la garra suave.
Dejadme la esperanza.
Miguel Hernández –
++++
Laatste lied
Geschilderd, niet leeg:
mijn huis is geschilderd
met de kleur van grote
passies en tegenspoed.
Het zal terugkeren uit het tranendal
waarheen het werd gevoerd
met zijn verlaten tafel,
met zijn vervallen bed.
De kussen zullen
op de kussens bloeien.
En het laken
zal haar intens geurende,
nachtelijke winde rond
de lichamen wentelen.
De haat
zal achter het raam bedaren.
De klauw zal zachtaardig worden.
Laat mij de hoop.
Miguel Hernández – POINT nr 30
+++
Casida del sediento
Arena del desierto
soy: desierto de sed.
Oasis es tu boca
donde no he de beber.
Boca: oasis abierto
a todas las arenas del desierto.
Húmedo punto en medio
de un mundo abrasador,
el de tu cuerpo, el tuyo,
que nunca es de los dos.
Cuerpo: pozo cerrado
a quien la sed y el sol han calcinado.
Cárcel de Ocaña, Mayo 1941
Miguel Hernández –
+++
Kasida van de dorstige
Ik ben het zand van de woestijn:
een woestijn van dorst.
Je mond is een oase,
waaraan ik mij niet laven mag.
Mond: oase, open
voor al het zand van de woestijn.
Vochtig oord temidden
van een verzengende wereld,
die van je lichaam, jouw lichaam,
dat nooit ons beiden toebehoort.
Lichaam: bron,
die dorst en zon hebben verkalkt.
Gevangenis van Ocaña, mei 1941